8 okt 2012

Ulixes

Ulixes. James Joyce, vert. door Erik Bindervoet & Robbert-Jan Henkes. Amsterdam: Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2012.
Op tijd voor onze vakantie in Ierland verscheen de nieuwe vertaling van het meesterwerk van James Joyce ‘Ulysses’. Opgezet naar analogie van de Odysseia, Homerus’ vertelling uit de Griekse mythologie over de omzwervingen van Odysseus, zijn zoon Telemachus en vrouw Penelope, die thuis bleef. Joyce’s Ulixes speelt zich af op 16 juni 1904 tot in de vroege morgen van 17 juni daaropvolgend en beschrijft de omzwervingen en de gedachtenwereld van de Dubliner Leopold Bloom, Joyce’s alter ego Stephen Dedalus en Molly Bloom. Zoals zoveel mensen heb ik ooit geprobeerd de Ulysses in het Engels te lezen. Maar, evenzogoed net als velen (3e op de BBC-lijst niet-uitgelezen boek) kon ik het niet uitlezen. Vanwege de vele moeilijke Engelse woorden, maar ook het vele (Dublinse) dialect en de vele fantasiewoorden, almede door de stroom van bijna onnavolgbare gedachtengangen van de hoofdpersonen. In de nieuwe vertaling van Bindervoet & Henkes, die vlotter zou moeten aansluiten bij het taalgebruik van Joyce zou het moeten lukken. Vooraf hebben Eric en ik het laatste stuk van de monologue intérieur van Molly Bloom , waarmee het boek eindigt gelezen. Dit is de tekst die Kate Bush gebruikt in haar heropname van het nummer ‘the sensual world’ nu 'flower of the mountain'. En we vonden de vertaling schitterend.
Na drie dagen Dublin ben ik erin begonnen. Later tijdens de vakantie bezochten we het strand van Howth, de Martello toren in Sandycove (die nu Joyce’s tower heet en het Joyce museum bevat) en zwierven we zelf door Dublin. Het standbeeld van Joyce staat net ‘off’ O’Connellstreet, de belangrijkste straat van Dublin, en daar waren we dus ook.

Dublin anno 2012 is wel wat anders dan 1904, met name de bedrijvigheid op de rivier de Liffey, die nu door bruggen en de haven aan de kust niet meer bestaat. Ook waren er in 1904 nog geen auto’s, en in plaats daarvan is er nog sprake van paarden en koetsen. Maar voor het overige had ik wel het gevoel dat het ritme van Dublin dat uit het boek spreekt nog steeds levend is.

Na de eerste honderd of zo pagina’s wordt je wel een beetje moe van wat ik Heidelbergiaans studentenbravoure noem: heren studenten die met gebruik van zoveel mogelijk moeilijke woorden en begrippen elkaar in discoursen (nietszeggende discussies) proberen af te troeven.
Het volgen (proberen te volgen) van de gedachtengangen, de stream of consiousceness van de diverse personen is zonder meer aardig, poëtisch en soms extra verrassend. Wel is het perspectief erg vanuit een man geschreven met veel aandacht voor seks en opwaaiende rokken. Molly’s monoloog is ronduit fascinerend.
De literaire vorm verandert ook van beschrijvend, naar theatraal en zelfs hallucinogene passages zitten erin. Het stuk met vraag en antwoord (en wat deed onze hoofdpersoon toen…) is ronduit komisch om te lezen. Al met al was het een speciale leeservaring. Als Joyce nog zou leven zou ik zeggen: ‘ga er nog eens met het rode potlood doorheen, er kunnen best wel wat van die opschepperige stukken uit’. Al zou hij ongetwijfeld antwoorden: ‘dan heb je het niet begrepen’. Soit.
Evenzogoed aanbevolen! De Engelse versie is als – gratis – ebook te downloaden vanaf de Gutenberg.org site en ook als audio-book.

Geen opmerkingen: