31 dec 2007

Cybook evaluatie

Na een weekje testen met de Cybook kom ik tot de conclusie dat het goed werkt om een boek met platte tekst te lezen op de Cybook. Hij heeft een rustig beeld, je kunt lezen onderweg, in bed en overal. Het kan makkelijk in mijn handtas en is licht en na doorlezen van de handleiding goed te bedienen.

Voor het lezen van wetenschappelijke teksten met tabellen en grafieken is het niet geschikt. Ik heb geprobeerd het OCLC rapport te lezen, maar de tabellen werden verhaspeld en de tekst oogde zonder de vaste lay out vreemd. Een wetenschappelijk artikel, zoals die op ons instituut in veelvoud worden gelezen, is niet goed leesbaar. Je kunt het in landscape zetten, dan blijft de tekst wel enigszins te lezen, maar het is wel erg klein.

Andere opmerkingen:
- lezen en luisteren kan tegelijk
- woorden kun je in het opgenomen woordenboek lezen
- geen noemenswaardig energieverbruik
- up- en downloaden gaat makkelijk
- uitbreidbaar met SD kaart, waardoor je een grote hoeveelheid informatie kunt meenemen
- niet geschikt voor foto’s vanwege zwart-witscherm
- niet doorzoekbaar, zoals online boeken
- je kunt geen aantekeningen maken of tekst markeren
- bedieningsknoppen zijn stroef en rsi-prone
- slaat makkelijk vast, waardoor de reset-knop wel echt nodig is

Soorten Pdf's

Behalve over e-books deze kerstvakantie ook veel geleerd over pdf’s.

De PDF is een document formaat standaard ontwikkeld door Adobe, zoals ze zelf zeggen: “U kunt er robuuste informatie mee vastleggen en bekijken — vanuit elke toepassing en op elk computersysteem — en die informatie wereldwijd delen met iedereen.” Het grote voordeel is dan vaak dat de tekst er inderdaad net zo uit ziet als hij wordt uitgegeven. Het is wel nodig dat je een pdf maakt met een ‘embedded’ font, want anders kan het op een andere computer er toch weer anders uitzien (en bijv. als e-book niet goed te lezen).

Er bestaan verschillende soorten PDF-bestanden:

“..Om de draagwijdte ervan ten volle te kunnen inschatten, moeten we u eerst vertellen dat er twee soorten pdf-documenten bestaan: pdf-documenten met alleen een beeld als informatie, en pdf-documenten met beeld en een extra tekstlaag.” (uit de webpagina van converter software Techworld (ik wist trouwens ook niet dat je PDF weer terug kon vertalen naar Word)
Dat heeft consequenties voor bijvoorbeeld de doorzoekbaarheid en de mogelijkheid om in-en uit te zoomen.

In de discussies lees je ook dat pdf’s gemaakt met een andere dan Adobe Pdf Creator niet altijd goed te lezen zijn. Acrobat Reader 5 heeft wat dat betreft meerdere mogelijkheden om verschillende soorten pdf’s te lezen.
Voor de Cybook was met name het zoom-probleem van belang.

Behalve Digital Editions met rigide beveiliging kun je ook diverse andere beveiligingen meegeven aan je pdf. Kijk daarom op de documenteigenschappen van de pdf om te zien wat er is afgeschermd.
In de help van mijn Adobe Reader (versie 7 hier thuis, op werk heb ik 8) staat overigens dat je DRM Pdf’s wel naar een mobiel apparaat (PDA) kunt sturen, wanneer het op dezelfde naam geactiveerd is als het originele apparaat. In de ‘boekenkast’ bij ‘Mijn Digitale Edities’ moet een knop staan ‘Verzenden naar Mobiel Apparaat’. Kan ik donderdag nog eens proberen met mijn verprutste Springer bestand.

30 dec 2007

DRM

DRM, digital rights management, ofwel het afsluiten van vrije kopieermogelijkheden van e-bookformaten heeft een officieele tegencampagne. Deze campagne onder het motto: "Don't let DRM get between you and a good book" spoort aan actie te voeren tegen DRM. Een belangrijke speerpunt van de campagne is de e-booklezer van Aamazon, de Kindle. Blijkbaar kan die ook alleen boeken aan die bij Amazon gekocht zijn en alleen voor dat ene apparaat. Ik vind het plaatje van het boek op slot wel mooi (is van Henk De Boer- released under the Creative Commons Attribution Sharealike 1.0 license).


Op een andere site wordt DRM geschreven als Digital Restrictions Management, een heuze tegenbeweging!.

29 dec 2007

Formaten e-book

Zover als ik het nu kan overzien zijn er drie formaten e-books:
- Mobipocket
- Adobe Digital Editions
- Microsoft Reader

Een mooi overzicht staat op de Ebooks.com site onder de help in de zogenoemde Reader Comparison Table. Zelf zeggen ze dat je kunt kiezen welk formaat, maar het wordt ook door de uitgever bepaald.
Zo had ik als test bij onze gewone boekhandel een Springer-titel als e-book besteld. Ik wist nog niet hoe dat zou gaan en verkeerde in de – foutieve- veronderstelling dat het ‘gewoon’ als pdf geleverd zou worden. Nou mooi niet. Het wordt geleverd als link vanaf de ebooks.com website. Daar kun je inloggen op je account (in mijn geval dat van de boekhandel) en dan kun je het downloaden. Zag er uit als een pdf, maar kan alleen gelezen worden als een Adobe Digital Editions en niet met de gewone Adobe Reader. Kan ook niet gekopieerd worden en ergens anders opgelezen worden, een andere PC of een e-booklezer. Buitengewoon onhandig. Er zit een beveiliging op (DRM) wat zoveel betekent dat je het maar 2 keer mag downloaden en alleen op dezelfde machine. Enfin, dat had ik meteen al verpruts, dus dat boek moetik helaas als verloren beschouwen.
Voorlopig dus het formaat Adobe Digital Editions vermijden, want het is onhanteerbaar. Het is buitengewoon onhandig om per se op die ene machine te moeten zijn als je je e-book wilt lezen. En dat betekent bovendien dat je ook het e-book na drie jaar moet afschrijven. Laat staan dat je thuis of onderweg kunt lezen, of je opvolger of collega een stukje mee laat lezen. Voor een bibliotheek is het natuurlijk helemaal niet te doen om een e-book op een vaste machine aan te bieden. Je kunt er bijvoorbeeld in de bibliotheek wel een aparte PC voor inrichten, maar dan kan er maar een persoon tegelijk een e-book lezen. Het heeft allemaal te maken met het Digital Rights Management. Zie de uitleg in Wikipedia. Een blogster over het Cybook noemde DRM: “… but DRM is an ever-changing, non-compatible, here-today-gone-tomorrow handmaid of Satan”.

Dan is Mobipocket iets coulanter. Daar mag je een gekocht e-book op vier verschillende devices installeren. En wil je het installeren op een ander dan de-activeer je er een. De woordenboeken die ik gekocht heb zijn volgens dit principe geleverd. In ieder geval kunnen ze op de e-booklezers, zodat je mobiel een e-book kunt lezen. Hoewel ik nu bij Ebooks.com lees dat je het maar op 2 verschillende machines mag downloaden. Zou dat ook nog per leverancier verschillen?

Duidelijk is in ieder geval wel dat je niet zomaar moet beginnen met downloaden, maar goed moet weten op welk apparaat je het wilt hebben

Die Microsoft Reader ken ik niet. Is begonnen met die Pocket PC. Maar op mijn Palm Tungsten PDA (een Palm) kan ik ook Mobipocket lezen. Microsoft heeft voor zijn eigen PDA’s dus een eigen lezer.

Nu ik zo wat heen en weer aan het surfen ben zie ik dat ook de OBA e-books aanbiedt volgens het Netlibrary principe. Ga ik ook eens uitproberen.

28 dec 2007

Lezen en luisteren

Eerste Kerstdag doorgebracht met het installeren van hulpprogramma’s, aanmaken van een account bij Mobipocket en het doornemen en uitproberen van de handleiding van het Cybook.
Het is niet allemaal intuïtief, dus soms kost het me wat meer moeite erachter te komen hoe ik het moet doen.
Het is duidelijk geen computer, maar een boek, waarmee je dus kunt lezen.
En luisteren, toen ik eenmaal een dun verloopstekkertjes voor mijn koptelefoontje had. Toen kon in dus liggend op de bank en luisterend naar de Brandenburgische concerten van Bach lezen in het boek Noodlot van Louis Couperus. Altijd al een Couperus fan geweest, maar ik heb hem nog nooit eerder elektronisch gehad.
Leuk, erg leuk.
Voor het serieuze werk heb ik bij Mobipocket een Engels woordenboek aangeschaft en dat op de Cybook gezet. Toen aan het OCLC rapport begonnen. Het aardige is dat als je een woord niet kent, je via het contextmenu de lookup mode kunt aanzetten en dan zoekt Cybook in het woordenboek naar de betekenis.

26 dec 2007

Cybook


Daags voor kerstmis werden ze bezorgd: 2 e-booklezers: een Cybook en een iLiad.
Met dank aan Edupaper voor de speciale levering aan huis.
Met Kerst ben ik begonnen met Cybook.
Ziet er geweldig leuk uit.
Zwart wit, rustig scherm en goed leesbaar. Ik blader wat door de demoboeken en plaatjes. Muziek kan er wel op, maar kun je alleen horen met koptelefoons en mijn koptelefoon heeft een ongeschikte connectie (en die van mijn telefoon helemaal).
Maar het gaat om de boeken en om het lezen van tekst. Het bladeren werkt met de grote navigatieknop rechtsonder. Met de middenknop kun je een contextmenu oproepen om bijvoorbeeld een pagina te bookmaker of vooruit of achteruit te springen.
Op mijn PC download ik de Mobipocket Desktop Reader om zo het boekenbestand op de PC en de Cybook te kunnen sturen.
Met Mobipocket Desktop kan ik ook nieuwe e-books importeren. Zo kies ik voor een gratis e-book “Noodlot” van Louis Couperus. Maar ik kan er ook eigen bestanden opzetten. En uiteraard via Mobipocket ook e-books kopen.
Plaatjes erop zetten gaat gemakkelijk. Kan ik ook ‘gewoon’ via Verkenner als ik de Cybook verbindt met een USB poort van de computer.
Andere pdf's kan ik ook via de verkenner erop zetten, maar dat geeft wat lezen betreft een niet zo best resultaat.
Ik test met het rapport van OCLC over sociale netwerken en met een artikel uit een wetenschappelijk tijdschrift. Dat valt niet mee.
De pdf van het OCLC rapport is te groot en daarom wil hij niet lezen. Het artikel wil Cybook wel openen, maar dat is in hele kleine letters, omdat het is een vast formaat is gemaakt. Dan krijg je een A4 op het scherm van de Cybook (A5). Omdat Cybook zoomt met font size lukt dat niet met deze pdf. Wel kan ik hem op Landscape zetten en dan met het aanpassen van de hoogte de helft van een pagina dus dwars op het scherm zetten. Zo is het wel leesbaar en blijft het in ieder geval in dezelfde opmaak.
Er is ook een andere route, nl het importeren van een pdf via de Mobipocket Desktop reader. Die maakt er dan een Mobipocket formaat van. Zo krijg ik het rapport van OCLC wel te lezen en ik kan het zelfs groter en kleiner maken. Maar alle tabellen zijn onleesbaar en de originele opmaak is verdwenen. Dus je lees af en toe midden tussen de tekst en voetregel met paginanummer, of een soort kadertekstje. Alleen de tekst lezen gaat goed, maar de tabellen en grafieken lukt niet.
Wat wel weer aardig is, is dat hij meteen naar de plek gaat waar je gebleven bent. En ik zet bookmarks op de hoofdstukken zodat ik er via het contextmenu en de bookmarks per hoofdstuk doorheen kan wandelen.
Er is een uitgebreide handleiding bij (als e-book) en op de Bookeen site staan aanwijzingen in de FAQ en de Blog.
Er valt nog wel wat te bestuderen.

25 dec 2007

Digitale duurzaamheid

Binnen de KNAW is er een seminar gehouden over digitale duurzaamheid.
Digitale Duurzaamheid gaat over de houdbaarheid van digitaal opgeslagen gegevens. Volgens Wikipedia gaat het over de duurzaamheid/houdbaarheid van de gegevensdragers, van de opslagapparatuur en van de gebruikte software.
Het digitaal archiveren van onderzoeksgegevens is slechts een eerste stap. Daarna moeten die ook nog digitaal toegankelijk blijven.
Het Nationaal Archief heeft de digitaleduuzaamheid.nl site. Maar daarbij gaat het over het duurzaam bewaren van digitale overheidspublicaties en andere digitale overheidsdocumenten.
Ook de KB heeft een afdeling digitale duurzaamheid, ook logisch want zij moeten de e-depots bewaren. De speerpunten voor de KB zijn : “permanent access; technology watch en standaardisering; preservation metadata en nieuwe diensten voor het e-Depot.”.
Maar het was naar aanleiding van de oprichting van de Nationale Coalitie Digitale Duurzaamheid. De missie van de NCDD is: ´ De NCDD heeft als missie duurzame toegankelijkheid van digitale data in Nederland te waarborgen. De activiteiten van de NCDD dienen te bewerkstelligen dat Nederland over vijf jaar beschikt over een stabiele organisatorische en technische infrastructuur die de duurzame toegankelijkheid garandeert van digitale gegevens die van cruciaal belang zijn voor wetenschap, bedrijfsleven, cultuur en samenleving.”
Een nobel streven. Ook wij, als NIOO, maar zeker ook als KNAW, die immers ook al DANS in beheer hebben, zoeken naar digitale duurzaamheid.
Een eerste verkenning zal worden gestart: een vragenlijst met wat er zoal aan materiaal aanwezig is.
Over de bijeenkomst heb ik getwittered. Ik wil e.e.a. nog verder uitwerken want soms vind ik het moeilijk om alles uit elkaar te houden: repositories, open access, digitaal archiveren, geïntegreerde opslag van wetenschappelijke data, metadata, identifiers en zo verder nog een hele lijst met vaktermen.
Het was een nuttige bijeenkomst: langzaam begin ik de lagen te zien: publicaties gearchiveerd en toegankelijk via repositories bij voorkeur in open access. Maar ook de onderliggende onderzoeksdata moet comprehensible worden gearchiveerd en toegankelijk gemaakt, al dan niet geïntegreerd of alleen van metadata voorzien.

Andromeda website



Voor mijn adviesbureau Andromeda heb ik al jaren een website lopen. Een eerste storing van die website - Planet Internet had destijds een kleine-bedrijven concept genoemd ´plaza´, was in 1998. Maar dat bleek toch niet zo´n goed concept en toen hebben ze dat pats-boem opgeheven.
Enfin, niet getreurd, ik ben overgestapt naar Demon Internet en daar heeft de website (www.bureau-andromeda.nl) jarenlang zonder noemenswaardige problemen gedraaid. Had er ook e-mailadressen bij.
Maar toen nam XS4ALL dit voorjaar Demon over.
Het kostte me een halve dag om mijn e-mailadressen op orde te krijgen.
Toen kwam de factuur en bleek dat ik voor www.bureau-andromeda.com extra moest betalen omdat .nl en .com als twee domeinen werden gezien. Daar had ik natuurlijk geen zin in, dus heb ik – na veel tijd – de helpdesk gebeld.
Wat bleek: ze hadden het .com domein als standaard genomen. Om dus mijn – normaal werkende en als enige in gebruik zijnde .nl domein als standaard te nemen moest ik .com opzeggen en .nl opnieuw aanvragen.
De jongen aan de helpdesk heeft me door die warboel met aanvragen heen geholpen, maar het voelde niet goed aan. Als je van zo iets simpels als het behoud van een enkele domeinnaam en website, een zo gecompliceerd traject maakt is het haast onvermijdelijk dat het in zijn eigen bureaucratie verstrikt raakt. En zo gebeurde.
Plotseling begin december was ik van de website afgehaald. Een paar dagen later werkte mijn e-mail niet meer, en op mijn vragen kreeg en krijg ik geen antwoord. Nieuwe helpdeskvraag via de website – geen antwoord. Herhaalde vraag via mijn privé
e-mail – geen antwoord en de telefoon geeft alleen in gesprek. Er zijn dus meer mensen met problemen.
Enfin, we zullen zien hoe dit afloopt.
Inmiddels heb ik bij Hosting2GO een nieuw domein aangevraagd (www.bureau-andromeda.net) en de website erop gezet (was al in een dag gepiept).
Dus www.bureau-andromeda.nl is www.bureau-andromeda.net geworden.

19 dec 2007

Cradle-to-Cradle

Op 4 december hebben wij onze NIOO-brede surfgroep de lucht in gestuurd. De teamsite heet ‘cradle-to-cradle’ en is bedoeld als discussieplatform met achtergrondinformatie.
Cradle-to-cradle is de tegenwoordige kreet voor duurzame ontwikkeling. En wij, als ecologisch instituut, moeten en willen zelf ook een ecologische houding hebben en uitstralen. Cradle-to-cradle gaat over het duurzaam verwerken van materialen.
Het gaat erom dat je een product zo ontwerpt dat je als het opgebruikt is er van die afval een gelijkwaardig product kan maken. Afval = voedsel. Je moet ook niet de afval recyclen, want dat is meestal ‘downcyclen’ dus er wordt een minderwaardig product gemaakt. De term ‘cradle-to-cradle’ is populair geworden door het boek van die naam geschreven door W. McDonough en M.Braungart.
Het aardiger van het boek is dat het zelf ook als C2C product is gemaakt, dus niet van gewoon papier, maar van een soort plastic (watervast) dat na gebruik weer tot een nieuw boek gemaakt kan worden.


Inmiddels is het boek ook in het Nederlands vertaald (georganiseerd door Annemarie Rakhorst) onder de noemer Afval=Voedsel. Er is een hele beweging gaande en in november is er een congres geweest in Maastricht onder de noemer ‘Let’s cradle’ . Daar is een aardig filmpje van op Youtube.
De VPRO heeft in Tegenlicht twee keer aandacht geschonken aan dit fenomeen en in die documentaires is ook onze directeur te zien.


De Nederlandse Wikipedia pagina is gestart begin maart van dit jaar en is tamelijk uitgebreid, zeker als je het vergelijkt met de Engelse.Ook op de officiële C2C discussiesite van de Cradle to Cradle Community is al opgemerkt dat de meeste vragen bij google.com naar cradle-to-cradle uit het Nederlandse taalgebied komen.

13 dec 2007

Surfgroepen Expertise seminar

Op donderdag 6 december ben ik, en met mij 180 deelnemers, naar het Surfgroepen /Sharepoint expertise seminar over online samenwerking in Media Plaza gegaan. Op mijn Surfgroepen MY SITE ben ik een weblogje begonnen over Surfgroepen en mijn ervaringen daarmee. Staring opent met een overzicht van Surfgroepen en het waarom: samenwerken over de grenzen van instelling, het hoe: Sharepoint (MOSS: Microsoft Office SharePoint Server) en de toekomst: er komen meer templates voor snellere en gemakkelijkere start. Sharepoint is een Microsoft product en kom tuit de ASP.NET omgeving. Het .NET platform is een programmatische uitbreiding van de Windows operating software en biedt een aantal standaard oplossingen voor veelvoorkomende vragen/toepassingen. ASP.NET zelf is een opvolger van de ASP (active server pages). ASP was het Microsoft antwoord op javascript en als scripttaal bedoeld om dynamische webpagina's te maken. Dit gecombineerd levert het ASP.NET de basis voor het maken van dynamische webpagina's. De web parts, die een belangrijk onderdeel van Sharepoint vormen zijn onderdeeltjes van dit ASP.NET die ervoor zorgen dat een programmeur speciale stukjes kan maken t.b.v. de gebruiker die de gebruiker op zijn beurt weer met zijn eigen User Interface kan aanpassen. Microsoft zelf geeft een uitleg over de Sharepoint serversNu zijn er iets minder dan 20 duizend gebruikers met gem. 5 deelnemers per teamsite. Surfgroepen Labs is bedoeld voor innovatie en ontwikkeling. Van de Universiteit Utrecht komt een overzicht van de problemen die ontstaan zijn met de migratie van de Sharepoint server naar de 2007-versie. Termen, die aan bod komen: webparts, unghosted sites zonder template, wiki, workflow. Tijdens het gebruik van Surfgroepen zie je dat Surf de problemen van de migratie nog niet helemaal te boven is gekomen. Ik heb nu een ‘oude’ account en daarnaast ook een ‘nieuwe’ – op naam van de bibliotheek, gemaakt om het verschil te zien.
Een aardige presentatie van de ICT’er van het Radboud over de videoconferencing module waarbij duur , inrichting ruimte en apparatuur van belang zijn; webconferencing is eenvoudiger en goedkoper. Hij toont een pilotproject van overleg van specialisten van het ziekenhuis met artsen in de omgeving, wat naar tevredenheid is afgerond. 2 Kamertjes zijn compleet ingericht met de benodigde apparatuur. De verbinding is – met het oog op de beveiliging van gegevens via IP-VPN.
Na de pauze geeft een Microsoft man een praatje over de integratie van Sharepoint voor samenwerking en Office Communicator voor communicatie, daarmee zie je of iemand online is en kun je chatten. Hij laat zien hoe je automatisch metadata kunt toevoegen aan documenten via Word 2007 quick parts. Sharepoint designer is nieuwe naam van Frontpage. Met portaalomgeving kun je bijv. workflow sturing maken: dan kan bijv iemand in actieve taken zien wat hij aangeleverd krijgt. Het ziet er allemaal erg mooi bedacht uit, maar de praktijk is wat weerbarstiger.
Als laatste zin heb ik genoteerd: SaaS software as a service is het samenwerkingsconcept van toekomst. Gelukkig komt er in het voorjaar een workshop voor gevorderden en ook een soort klankbordgroep voor onderzoek. Ik heb ook voorgesteld om naast de gebruikersgroep voor Sharepointgebruikers een aparte gebruikersgroep aan te maken voor Surfgroepen-gebruikers.
Er zijn nog wat problemen, zoals bijvoorbeeld de alerts (werken niet) en de RSS feeds (werken alleen in Outlook 2007) en nog wat migratiefoutjes, maar er wordt hard aangewerkt.
In het algemeen vind ik het een mooie service van Surfnet en het heeft ook wel potentie, maar zoals de workshopleider al zei: “ het heeft een steile leercurve”.

12 dec 2007

Het vak: OB

De tweede lezing in het ‘track’ het Vak was van Kees Hamann: “ Een schaap met zeven poten: bibliotheek domein van multidisciplinair team.” Hij stelt kort maar krachtig: “ weg met de ob-bibliothecaris!” . Het service-niveau is te laag, terwijl vraag naar hulp wel aanwezig is, de drempel is te hoog. “ Kom achter de balie vandaan, loop desnoods met een stapeltje boeken onder je arm door de bieb, zodat mensen je makkelijk kunnen aanspreken”. Ga naar klanten toe, ook buiten het bibliotheekgebouw. Ga kijken in je omgeving bij wetenschappelijke en culturele instellingen of je daar iets kunt betekenen: de OB als back-office voor kennisintensieve bedrijven. Maak vanen in de OB ontwikkelplekken voor ICT en multimedia. En doe niet alles zelf: vorm multidisciplinaire teams, waarbij je specialisten in dienst neemt voor bedrijfsvoering. Een verfrissende lezing, die duidelijk aangeeft dat de Openbare Bibliotheek nieuwe stijl ambities en ideeën heeft om de zaken nieuw aan te pakken. Was ik ook al tegen gekomen in de publicaties van de werkgroep De bibliotheek anders bekeken. Klinkt goed, hoewel als ik naar het filiaal kijk waar ik zelf altijd boeken leen, dan is er nog wel wat werk te verrichten

Het VAK

Over het VAK wilde ik nog schrijven. Dat is de ’track’ die ik gevolgd heb op het NVB-congres van 15 november jl. In 2000 heb ik zelf een artikel en een presentatie geschreven over de veranderende rol van de informatieprofessional voor het vak Informatielogistiek. De conclusie luidde dat er sprake is van een verandering in werkomgeving en van taakuitvoering, de kern van het vak is en blijft ontsluiting en ondersteuning. Ik had een onderzoekje gedaan naar aanleiding van een literatuuronderzoek en een benaming naar de functies in de personeelsadvertenties van de IP. Kees Westerkamp die de ‘track’ aftrapte vertelde dat hij hetzelfde had gedaan (maar dan gekeken naar de functiebenaming in de NEDBIB-lijst). Daaruit kwam naar voren dat de arbeidsmarkt gunstig is voor de ip-er: er zijn veel vacatures. Maar er zijn ook veel functiebenamingen en het is een divers werkveld. Westerkamp heeft met de SIG AIOK een rapport uitgebracht ‘ De informatiespecialist in beeld’ . (Helaas niet op de website van de NVBONLINE te verkrijgen. De aanbevelingen komen er op neer dat er een Werkgroep Imago en Kwaliteitsaspecten (binnen de NVB) moet worden opgericht die vooral functieprofielen e.d gaat verzamelen en te proberen door te lobbyen het imago te verbeteren. Het staat er allemaal in erg bedekte termen met veel onderzoek, inventarisatie en overleg en weinig concrete acties. Daarom vond ik in ieder geval het artikel in de IP van november over de vraag of er een certificering moet komen voor de informatieprofessional wel interessant. Het artikel zelf staat niet op Internet wel de discussie op het platform van de InformatieProfessional. Certificering hoeft voor mij niet zo nodig, maar ik zou wel willen pleiten voor een actieve rol van de NVB in imagobuilding en beroepsondersteuning, iets meer in de trant van NVJ en NIBI. Bij het zoeken naar dat artikel vond ik overigens wel een Europees project in CERTIDOC, over certificering van informatieprofessionals.
Voor het overige ging het vooral over de opleidingen, de IDM’s, waarvan er sommige al geen IDM meer heten. Het aantal aanmelding is dramatisch teruggelopen , terwijl “…IDMs zich goed ontwikkeld hebben en up-to-date zijn” . Maar in de discussie (ging uitsluitend over de opleiding en niet over het vak) werd toch wel duidelijk dat niemand zozeer op IDM’ers zit te wachten. Wel is er vraag naar ‘informatieprofessionals’, maar die kunnen uit verscheidene bronnen komen. Wat mij stoorde was het een-op-een vertalen van ‘IDM-er’ naar ‘informatieprofessional’. Sinds de IDM zich een tiental jaren geleden volledig heeft losgezongen van het vak is daar geen sprake meer van. In het voorjaar schreef ik al eens over de lijst met 33 (sic!) competenties waar de IDM voor opleidt. Geen wonder dat een aankomende student door de bomen het bos niet meer kan vinden.
Een positief geluid kwam van de Fobid, die komen met het voorstel voor oprichting van portal voor opleiding en nascholing; een plan voor wiki met functieprofielen. Dat lijkt me zinvol. De verwarring over de benaming van functies en vacatures slaat erg terug naar de opleiding. Ook wordt er geklaagd over de beperkte nascholingsmogelijkheden. Ben ik mee eens, voor bij- en nascholing ga ik naar internationale congressen met speciale ‘training courses’ of ‘ continuing education cources’ vooraf. (in april naar CIL?)